De komkommer is een vrucht die in Nederland en België vooral rauw als salade wordt gegeten.
De komkommer behoort tot de soort Cucumis sativus, die al meer dan 3000 jaar gekweekt wordt. Ze hoort tot hetzelfde geslacht als de meloen (Cucumis melo) en dezelfde familie als de courgette (Cucurbita pepo). Het zijn warmteminnende planten en ze groeien in Nederland en België het beste onder glas. De komkommerplant is eenjarig. Aan één stengel kunnen tientallen komkommers groeien. De gekweekte komkommer heeft alleen maar vrouwelijke bloemen, waar zonder bevruchting of bestuiving de komkommer uit groeit.
De plant heeft grote bladeren, die over de vruchten heen groeien. De plant is een klimplant met hechtranken, maar kan ook op horizontaal groeiend op de grond geteeld worden. Voordat er kassen waren werden de komkommers op broeiveuren onder platglas geteeld. Later werd het platte glas rechtop gezet en vormde zo een kas. In de glastuinbouw worden de planten langs binddraad omhoog geleid. In Nederland en België is de komkommer door de teelt in verwarmde kassen tegenwoordig (sinds ongeveer 1960) het gehele jaar verkrijgbaar. In deze kassen groeien de komkommers nadat ze gebloeid hebben in ongeveer 10 tot 14 dagen uit naar een volledige komkommer, dus van een komkommer van minder dan 50 gram naar een komkommer van tussen de 400 en 450 gram. (Zie ook: Biologische zaaitabel)
De vrucht wordt geoogst als deze nog donkergroen is. Een rijpe vrucht verkleurt naar geelgroen. Doordat de vrucht parthenocarp is, worden er geen zaden gevormd, soms zijn echter nog wel rudimentaire zaden aan de zaadlijsten te zien.
De vruchten die in Nederland en België gegeten worden zijn in de regel 35 tot 39 centimeter lang en 5 cm in diameter met een gewicht van 350 tot 450 gram. Kleinere komkommers, de zogenaamde minikomkommers, komen echter ook voor, vooral in Engeland. Deze komkommers zijn 14 - 18 cm lang met een gewicht van 110 - 130 gram. Er bestaat een gele en een witte variant. In de omgeving van Utrecht zijn nog lang de gele komkommers onder platglas geteeld. Door verdwijning van het platte glas en doordat de gele komkommer niet bittervrij is, is deze teelt verdwenen.
InhoudsstoffenKomkommer bevat vooral water en weinig voedingsstoffen. De voedingswaarde, uitgedrukt per 100 gram ongeschild product, is:
Water 94 g
Energetische waarde 33 Kj / 8kcal
Koolhydraten 2 gram
Eiwit 0,6 gram
Vitamine B1 0,03 mg
Vitamine B2 0,01 mg
Vitamine C 10 mg
Kalium 124 mg
Calcium 14 mg
Fosfor 34 mg
IJzer 0,2 mg
Vezels 0,3 g
Bereiding
De komkommer wordt meestal als salade gegeten en al dan niet geschild. Sommige mensen vinden het lekkerder om hem te halveren en de zaadlijsten te verwijderen. Anderen vinden dat niet nodig. De komkommer kan, eenmaal geschild, worden geraspt of in dunne plakken gesneden. Komkommersalade wordt aangemaakt met olie, azijn, wat zout en peper. Eventueel kan ook fijngesneden ui worden toegevoegd of andere kruiden, zoals dille of peterselie.
Komkommersalade is erg vochtig. Als dit niet wenselijk wordt geacht, kan men de gesneden of geraspte komkommer eerst laten uitlekken in een zeef. Door het toevoegen van zout gaat dit uitlekken sneller.
Komkommer kan echter ook worden gestoofd, gevuld met gehakt om in de oven gaar te braden, of als garnering worden gebruikt.
Een Grieks recept met komkommer is tzatziki. Geraspte komkommer wordt vermengd met dikke Griekse (of Bulgaarse) yoghurt, veel knoflook uit de knijper en vrij veel zout. Ook hierbij moet ervoor worden gezorgd dat het geheel niet te vochtig wordt. Men kan zowel de yoghurt als de komkommer daartoe laten uitlekken. (Zie ook: Augurk, Nederlandse gerechten).
Bewaren
Komkommers kunnen het beste geseald bewaard worden bij een temperatuur van 10°C tot 15°C. Als ze in de koelkast worden bewaard, blijven ze minder lang goed.