Konijn met abrikozen

Bereiding

1. • Maak met een mes de wervelkolom los van de konijnenrug.
   • Glij met het mes langs de ribben om de filets los te maken. Zo verkrijgt u 4 filets.
   • Snij ze in de lengterichting in tweeën.
   • Leg de sneetjes ham naast elkaar op het werkblad.
   • Leg de stukken konijn en filet erop. Leg daarop telkens een abrikoos.
   • Omwikkel konijn en abrikoos met de gerookte ham.
   • Bind dicht met een touwtje.
   • Verwarm solo in een braadpan. Laat het vlees op een zacht vuurtje bruinen.
   • Reinig ondertussen de ui, wortelen en look.
   • Hak enkel de wortelen heel fijn.
   •  Kleur ze ook aan in de braadpan (twee minuten). Voeg het bier en de bouillon toe, de rest van de abrikozen, het kruidentuiltje, de kaneel en de kruidnagel. Laat 15 minuten sudderen.
   •  Schil de aardappelen en snij ze in vieren. Spoel ze zorgvuldig en laat ze zachtjes 20 minuten meekoken in de braadpan met de rest van de bereiding.
   • Haal het konijn, de wortelen, de aardappelen en het kruidentuiltje uit de braadpan als de aardappelen gaar zijn.
   • Mix het braadvocht met de abrikozen, de ui en look.
   • Controleer de kruiding. Hou warm. Verwijder het touwtje rond het konijn.
   • Snij in medaillons.
   • Verdeel de saus over 4 warme borden.
   • Leg er 3 of 4 medaillons op, met wat groenten.
   • Bestrooi met gehakte peterselie.