Bereiding
- Laat de gelatineblaadjes weken in koud water
- Verwarm de room met de melk, de rietsuiker, het kaneelpijpje en de gespleten vanillestok met het uitgeschraapt merg.
- Voeg de uitgeknepen gelatineblaadjes toe, giet door een zeef en laat afkoelen.
- Als het mengsel begint te binden, in potjes verdelen en in de koelkast opstijven.
- Snij de appels in 4 parten, schil ze en verwijder het klokhuis, snij vervolgens elk kwart in twee.
- Laat de suiker karameliseren in warm water om ze nadien te schikken op een bord, verdeel de appelpartjes (lauw warm) naast de pannacotta.
- Lepel de suas over de appeltjes en bestrooi de pannacotta met kaneelpoeder.