Ingredienten
- 4 kipfilets
- 1 kg aardappelen
- 1/2 kg prei, fijngesneden
- 4 stronken witloof
- 1/4 l gevogeltefond
- 1/8 l karnemelk
- 1 scheut cognac
- 1 el veenbessenconfituur
- hoeveboter
- 1 laurierblaadje
- kipkruiden met zout
- nootmuskaat
- witte peper
- zout
Bereiding
- Kook de aardappelen in gezouten water. Giet ze af en laat ze opbloemen door ze boven het vuur op te schudden. Stoof de prei in boter en kruid met tijm, peper en zout.
- Stamp de aardappelen fijn (of doe ze door de roerzeef) en meng er een klont boter, de karnemelk en prei onder. Breng op smaak met nootmuskaat, peper en zout.
- Kruid de kipfilets met kipkruiden, peper en zout. Bak ze gaar in boter met laurier en tijm. Haal ze uit de pan en houd warm.
- Maak de witloofblaadjes los, was ze, dep ze droog, kruid met peper en zout en bak ze in de pan van de kip. Haal het witloof uit de pan en houd warm. Blus de pan met de cognac en de fond.
- Voeg de veenbessenconfituur toe en laat de saus grondig inkoken. Van het vuur er een klontje boter onderroeren.
- Schik de witloofblaadjes in een waaier op het bord. Plaats er een ringvorm bovenop en vul die op met preistoemp. Verwijder de ring, schik de kippenfilet op de stoemp en lepel de saus er rond. Garneer eventueel met wat apart gehouden gestoofde prei.