Tijdens het malen worden de cacaokernen door een aantal rollers geperst, wat gove delen opleverd die uiteindelijk veranderen in een warme pasta door de wrijving die door het malen onstaat. Daarna volgt een tweede maling om de deeltjes tot de gewenste grote te malen (+/- 25-50 micrometer).
Grote delen leveren een grove chocolade, heel fijn deeltjes leveren een kleverige chocolade. Na het malen komt de massa in ondiepe metalen bakken terecht.